HOOFDSTUK IV

 

 

HENDRICUS DE WILDE, JENNEKEN GERRITS/JANSEN,

HENDRIKA VELTWIJK EN HUN KINDEREN.


 

Hendricus de Wilde ook genaamd Hendrijcus, Hendrikus en Hendrikes Dubbe, landman, geboren te Terwolde op 25 augustus 1774 op de Backerscampjens, later den Oord genoemd, gedoopt in de kerk van Terwolde op 28 augustus 1774. Doopgetuige is Fenneken van de Ese. Hendricus is mijn betovergrootvader.

 

 

Aantekening in het doopboek van Terwolde 1774

 

Fenneken van de Ese is een zuster van zijn moeder. Hendricus heeft belijdenis gedaan te Terwolde op 26 maart 1801. Na zijn huwelijk  heeft hij op Klein Everwijn  gewoond. Het adres anno 2005 is Quabbenburgerweg 31. Hij is daar overleden op  10 augustus 1839 op 64-jarige leeftijd. Het overlijden is aangegeven door: Hendrik Leunk, timmerman en nabuur, oud 44 jaar  en Willem Ribberink, veldwachter en bekende van de overledene, oud 29 jaar. Hendricus is een  zoon van Jacob Arents de Wilde, timmerman en Swaantjen Berends van de Ese. Jacob Arents de Wilde wordt ook Jacob Dubbe genoemd.

Hendricus is getrouwd te Nijbroek op 18 oktober 1813, op 39-jarige leeftijd (1) met zijn buurmeisje Jenneken Gerrits (25 jaar oud), geboren op 2 april 1788 in Terwolde, gedoopt op 6 april 1788. Jenneken is geboren op Klein Everwijn  en is daar overleden  op 26 december 1816, 28 jaar jong. Zij is een dochter van Jan Gerrits en Hermina Willems.  Bij haar huwelijk in 1813 heet zij Jenneken Gerrits. Als Hendricus na haar overlijden weer hertrouwt met Hendrika Veldwijk staat er in de huwelijksakte dat hij weduwnaar is van Jenneken Jansen. Omdat ik bij het begin van het genealogisch onderzoek als eerste de huwelijksakte van Hendrika en Hendricus opgezocht heb, waarin staat, dat Hendricus weduwnaar is, heeft het wel enige tijd gekost voordat ik  de  huwelijksakte van Hendricus  en Jenneken had gevonden.  Ook was ik in het begin niet op de hoogte van het feit, dat na 1811 patroniem en familienaam nog geruime tijd door elkaar gebruikt worden. Complicerende factor is ook, dat Terwolde van 1810 tot 1818 samen met Welsum deel uitmaakt van de gemeente Nijbroek. Vóór de franse tijd (vóór 1795)  valt Terwolde onder het schoutambt Voorst en na 1818 is Terwolde onderdeel van de gemeente Voorst.  Ik heb dus in eerste instantie onder de gemeente Terwolde gezocht naar de huwelijksakte van Hendricus en Jenneken en uiteraard niets kunnen vinden. Toen ik dan eindelijk de gewenste huwelijksakte uit het prille begin van de burgelijke stand in Nijbroek gevonden had, was deze bijna  onleesbaar. Met goed kijken zijn de namen van Hendricus de Wilde en Jenneken Gerrits in de onderste regels te zien. Verder staan er storende fouten in. Swaantje Berents van de Ese, die al in 1784 is overleden wordt in de akte genoemd als "hier tegenwoordig en haar toestemming gevende". Waarschijnlijk is Willemina de Groot, de stiefmoeder van Hendricus aanwezig en wordt zij aangezien voor Swaantje. Ook staat in de akte, dat Jenneken Gerrits, "oud dertig jaren" is.  Er is weliswaar in 1784 nog een Jenneken geboren in hetzelfde gezin, maar ik heb aangenomen dat de in 1788 geboren Jenneken de juiste is.

 

 

De bijna onleesbare huwelijksakte van Hendricus de Wilde en Jenneken Gerrits

18 oktober 1813 te Nijbroek

 

 

Uit dit huwelijk:

 


          1            Jacob de Wilde, timmerman, geboren te Terwolde (gem. Nijbroek) op 30 maart 1815 's avonds zeven uur, gedoopt te Terwolde op 9 april 1815, wonende te Terwolde en overleden te Olst op 15 maart 1891. Jacob is getrouwd te Terwolde-gem. Voorst op 5 september 1835, op 20-jarige leeftijd met Geesjen Schuitert (23 jaar oud), geboren te Olst op 3 december 1811, overleden op 3 april 1878, 66 jaar oud, dochter van Hendrik Jan Schuitert en Everdina Lankhorst.

 Het gezin woont op de volgende adressen in Terwolde: D3 (1836),  D34 (1836), D26 (1839) en D2 (1844) dit is Klein Everwijn, zie ook Hoofdstuk IX. Later wonen ze  op D6 (Bev.Reg.17/86) . Dit zijn adressen in de Spekhoek en in de Hoeven in Terwolde. Er worden in dit gezin 8 kinderen geboren.

          Jacob is 30 november 1853 benoemd tot diaken van de Nederlands Hervormde Kerk in Terwolde. In de overlijdensakte no. 52  dd. 19-3-1891 staat vermeld: " Uit het register van de overlijdensakten der gemeente Olst over den jare 1891 blijkt, dat op den vijftienden Maart 1891 des voormiddags te negen ure uit de rivier de IJssel onder deze gemeente is opgehaald het lijk van Jacob de Wilde", 75 jaar oud. Jacob is dus verdronken.


2 Hermina de Wilde, geboren te Terwolde-gem. Nijbroek op 20 september 1816   

   's ochtends 5 uur, overleden te Terwolde-gem. Nijbroek  op 20 oktober 1816, 30 dagen

   oud, in het huis No. 8. Dit is Klein Everwijn .

 

Hendricus is na het overlijden van  Jenneken Gerrits/ Jansen voor de tweede maal  getrouwd te Twello-gem. Voorst op 5 december 1818, op 44-jarige leeftijd  met de 22-jarige Hendrika Veltwijk, geboren te Terwolde op 21 augustus 1796, gedoopt aldaar op 9 september 1796.

 

Aantekening in het doopboek van Terwolde 1796

 

Hendrika is  overleden  op Klein Everwijn op 25 november 1881, 85 jaar oud. Ze is een  dochter van Hendrikus Berends Veltwijk en Grietjen Willems Schokkenkamp. Haar vader is al op 25 maart 1796, dus 5 maanden voor haar geboorte overleden.


 

Huwelijksakte  van het huwelijk van Hendricus en Hendrika in 1818

 

 

 

 

 

 

 

 

Uit dit huwelijk:

 


          3            Gerrit Jan de Wilde, landbouwer en daghuurder, geboren te Terwolde op Klein Everwijn ( D 2) op 31 augustus 1819. Getuigen bij de geboorteaangifte zijn Steven de Wilde, 31 jr., boerenknecht en Willem Wijnhold, 33 jr., daghuurder. Gerrit Jan is  gedoopt op 19 september 1819 in de kerk van Terwolde en heeft zijn hele leven op Klein Everwijn gewoond. Hij is overleden te Terwolde op 17 december 1894, 75 jaar oud.

Gerrit Jan wordt 29 -1-1879 benoemd en beëdigd door de kantonrechter te Apeldoorn tot toeziend voogd over Willemina, Gerrit Jan, Hendrik Jan en Hendrikus de Wilde, kinderen van zijn overleden broer Berend Jan de Wilde en Aaltjen van Assen. Gerrit Jan is niet getrouwd.   

 


          4            Steven de Wilde, landbouwer en daghuurder, geboren te Terwolde op Klein Everwijn    op 28 maart 1822 's morgens 8 uur. Getuige bij de geboorteaangifte is o.a.: Berend Rutgers, 46 jr., landbouwer te Twello. Steven is gedoopt op 21 april 1822 in de kerk van Terwolde en heeft net als zijn oudere broer Gerrit Jan, zijn hele leven  ongetrouwd op Klein Everwijn gewoond. Hij is overleden te Terwolde op 3 april 1899, 77 jaar oud.

 


          5            Hendrikus de Wilde, daghuurder, geboren te Terwolde op Klein Everwijn op 10 mei 1824. Gedoopt in de kerk van Terwolde op 30 mei 1824. Overleden op 11 juni 1894 te Twello, 70 jaar oud. Hendrikus is getrouwd te Olst op 30 april 1853, akte no.12, op 28-jarige leeftijd met Elberdina Lammers (24 jaar oud) , geboren te Nijbroek op 25 oktober 1828, dochter van Peter Lammers en Janna Sarris.

Het gezin  heeft in  Twello gewoond op C 40 (Bev. Reg.1860-1890). Er zijn 5 kinderen geboren.

 


          6            Zwaantjen de Wilde, daghuurster, geboren te Terwolde op Klein Everwijn op 15 augustus 1827, gedoopt op 9 september 1827 in de kerk van Terwolde, overleden te Twello op 28 december 1916, 89 jaar oud.

Zwaantjen is getrouwd te Twello-gem. Voorst op 28 februari 1863, akte nr. 17, op 35-jarige leeftijd met Derk Klein Bluemink (36 jaar oud), landbouwer, geboren te Terwolde op 14 april 1826,  ten huize van Berend Willem Klein Tijselink? ( of Klein Tijdsink), zoon van Gerritjen Klein Bluemink. Zwaantjen en Derk hebben geen kinderen en wonen in 1882 in Twello. Derk is overleden te Twello op 16 mei 1905, 79 jaar oud.

Zwaantjen en Derk hebben op de "Blaasbalg" (B 31) gewoond. Dit was een boerderijtje in de omgeving van de Dijkhofstraat no. 14 in Twello. Het is in 1907 afgebroken. Volgens het bevolkingsregister van Twello vertrekt Zwaantje op 24-4-1907 naar B 65 ( omgeving Dijkhofstraat) waar zij ook overleden is.

Dit echtpaar heeft in de periode 1890-1900 ( Bev. Reg.22/230) hun neef Hendrikus in huis. Hendrikus is de jongste zoon van een broer van Zwaantjen, Berend Jan de Wilde (overleden in 1878). Hendrikus is geestelijk gehandicapt, volgens de familieverhalen ten gevolge van een zonnesteek. Hij is na het overlijden van Derk Klein Bluemink naar het Groot Graffel, een psychiatrische inrichting, in Warnsveld gegaan op 3 juni 1905. Hij is daar  op  26 juni 1918 op 41 jarige leeftijd overleden.

 

 


          7            Berendina Hendrika de Wilde, dienstmeid (1860), geboren te Terwolde op Klein Everwijn op 11 juni 1830, gedoopt op 22 juni 1830 in de kerk van Terwolde, overleden aldaar op 1 augustus 1898, 68 jaar oud.

Berendina is getrouwd te Twello-gem. Voorst op 5 mei 1860, op 29-jarige leeftijd met Gerrit Willem Lubberts (29 jaar oud), landbouwer te Terwolde, geboren te Welsum (gem. Olst) op 22 januari 1831, overleden te Terwolde op 17 april 1908, 77 jaar oud, zoon van Albert Lubberts en Willemina Kluin. Er zijn 5 kinderen geboren

Het gezin woonde volgens het bevolkingsregister 1860-1890 in Terwolde op C 49, later veranderde dit nummer in C 52.

 


          8            Maria de Wilde, dienstmeid (1868), geboren te Terwolde op Klein Everwijn op 3 januari 1833, gedoopt in februari 1833 in de kerk van Terwolde. Zij woonde bij haar huwelijk nog in Terwolde. Maria is getrouwd te Twello-gem. Voorst op 2 april 1868 op 35-jarige leeftijd met Hendrik Endendijk (32 jaar oud), landbouwer en bakker, geboren te Twello-gem. Voorst op A 7 op 2 maart 1836,  zoon van Gerrit Endendijk  brugwachter en Aleida Schophaus. Getuigen bij het huwelijk zijn Gerrit Endendijk, 63 jr., brugwachter te Deventer, Derk Klein Bluemink, 42 jr., landbouwer te Twello,  Steven de Wilde, 40 jr., landbouwer te Terwolde en Hendrik de Wilde, 42 jr., daghuurder te Twello.  De huwelijksakte vermeldt dat de bruid niet kan schrijven, evenals haar broer Hendrik de Wilde. Hendrik Endendijk woont in 1868 in Gorssel, er zijn 2 kinderen geboren. In 1882 woont het gezin in Epse.

Mijn grootvader Gerrit Jan de Wilde is op twaalfjarige leeftijd in 1885 naar zijn oom en tante  Endendijk in Epse gegaan en heeft daar het bakkersvak geleerd.

 


          9            Berend Jan de Wilde, daghuurder, geboren te Terwolde op Klein Everwijn op 14 augustus 1835, getuigen waren Willem Achterkamp 30 jaar, daghuurder en Jan van der Linde 22 jaar, daghuurder. Berend Jan is gedoopt op 4 oktober 1835 in de kerk van Terwolde. Hij is overleden in Terwolde op 17 december 1878 op het adres D 38 a, in de Spekhoek. Als getuigen in de overlijdensakte worden genoemd: Gerrit Hendrik Slijkhuis oud 50 jaren, landbouwer te Terwolde en Martinus Vrielink, oud 46 jaren, daghuurder te Terwolde, 43 jaar oud.

Berend is getrouwd te Twello-gem. Voorst op 30 januari 1864, op 28-jarige leeftijd met zijn buurmeisje Aaltjen van Assen ( 27 jaar oud),  geboren te Terwolde op 11 juni 1836, dochter van Jan van Assen (landbouwer) en Willemina Bosch. Zie Hoofdstuk V.

 


                   10 Arend de Wilde, landbouwer, geboren te Terwolde op Klein Everwijn op 1 april

          1839, gedoopt op 5 mei 1839 in de kerk van Terwolde. Overleden in Terwolde op 

          Klein  Everwijn op 29 december 1926, 87 jaar oud.

Arend is getrouwd te Twello-gem. Voorst op 17 december 1870, op 31-jarige leeftijd met Aaltjen Timmer (25 jaar oud), geboren te Terwolde op 31 december 1844, dochter van Egbert Timmer en Jentjen van Essen. Er zijn 8 kinderen geboren. Aaltjen is overleden te Terwolde op 12 oktober 1916, 71 jaar oud.

          Volgens de gegevens van het bevolkingsregister 17 deel 2/87( 1860-1890)  woonde het gezin op no. D 8a. D.w.z. in de buurt van D 8. Dit is de boerderij de "Vijf Morgen", adres anno 2005: Trippestraat 22 Terwolde. In 1882, na de dood van zijn moeder, kopen Arend en Aaltjen, het geboortehuis van Arend  en gaan op Klein Everwijn  wonen.

          Zie Hoofdstuk IX.

 

WETENSWAARDIGHEDEN

 

Mijn betovergrootvader Hendricus de Wilde wordt geboren in 1774 op de Backerscampjes, in het "Nijgetimmer"( = nieuw getimmerd huis) op de hoek van de huidige Quabbenburgerweg en de Kadijk in Terwolde  op de grens met Nijbroek. Later wordt deze boerderij  Den Oord  genoemd. Zie Hoofdstuk VIII.

Hendricus heeft in een roerige tijd geleefd.  In  het laatste kwart van de 18e eeuw zijn er veel overstromingen. Zo is er in Terwolde in 1784  vele malen hoog water. De onderschouten krijgen in 1785 zelfs extra geld uit de polderkas voor het vele  werk, dat ze in 1784 tijdens het hoge water hebben verricht.[1]  Binnen het gezin van de 8 jarige  Hendricus is er veel verdriet. Van november 1782 tot februari 1783 sterven zijn jongere broertjes, Garrit en Jan Haverkamp en zijn zusje Lammerdina. Waarschijnlijk aan de gevolgen van de rode loop. De rode loop is een soort dysentrie, die veel slachtoffers heeft gemaakt onder de bevolking van Oost Gelderland. Als Hendricus  9 jaar is sterft ook zijn moeder, Swaantjen Berends van de Ese. Dit alles zal niet ongemerkt aan Hendricus voorbijgegaan zijn. Ook politiek is het erg onrustig. Er is een chronische werkloosheid. In de grote steden heerst armoede en gebrek en het platteland heeft erg te lijden van bedelaars  en vagebonden. In deze jaren worden de tegenstellingen tussen de Patriotten en de Oranjegezinden steeds groter. Sinds circa 1780 verschijnen veel pamfletten en geschriften met maatschappij kritische inhoud. In Deventer verschijnt één van de eerste kranten en wel  de "Hollandsche Historische Courant". Deze krant wordt geredigeerd door de doopsgezinde predikant  Wybo Fijnje. Ook Joan Derck van der Capellen tot den Pol  en zijn neef, Robbert Jasper van der Capellen hebben met hun geschriften veel bijgedragen aan het patriottisch denken van de plattelandsbevolking. (Robbert Jasper is in 1818 in Twello begraven). In 1786 worden Elburg en Hattem gestraft door een legertje Pruisische soldaten voor hun steun aan de patriottische zaak. Willemina van Pruisen, de vrouw van stadhouder WillemV, had immers haar broer te hulp geroepen. Officieel blijft Gelderland Oranje-gezind, maar de invloed van de Patriotten, vooral binnen de steden is groot. Ook is er veel verzet tegen de overheersing van de Gereformeerde kerk, maar ook binnen die zelfde Staatskerk is er veel ruzie. Het  lijkt of de Oranje-gezinden  na 1786 de macht opnieuw in handen hebben, de patriotten vluchten naar Frankrijk, maar het blijft overal gisten. Totdat de uit Hattem afkomstige generaal Daendels m.b.v. de franse legers  onder leiding van generaal Pichegru, erin slaagt om de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden te bezetten. De Franse zegetocht gaat met veel geweld gepaard. Op het platteland, dus ook in Terwolde, heeft de bevolking veel te lijden van de zich terugtrekkende Oostenrijkse en Engelse troepen als ook van de Franse "bevrijders". Stadhouder prins Willem V is samen met zijn gezin naar Engeland  gevlucht. In januari 1795 is de Bataafse republiek een feit. Aan welke kant de familie van Hendricus staat, heb ik niet kunnen ontdekken. Feit is wel dat in het voormalige schoutambt Voorst, waar de ambtsjonkers de dienst uitmaken, er zeer snel, al op 15 februari 1795, in de kerk van Twello, een vergadering van de municipaliteit  wordt gehouden.

 

 Hendricus heeft in zijn leven  onder vijf verschillende  staatsvormen geleefd.

 

-        De Republiek der Verenigde Nederlanden, bij zijn geboorte in 1774

 

-        De Bataafse Republiek in 1795

 

-        Het Koninkrijk Holland  onder koning Lodewijk Napoleon  in 1806

            

-        De inlijving bij Frankrijk in 1810

 

-        Het Koninkrijk Holland onder koning Willem I in 1815

 

 

Verslag van de ambtsvergadering van het schoutambt Voorst dd.1-9-1794

 

 

De bloedloop, rode loop of dysenterie is een zeer besmettelijke darmaandoening, die regelmatig optreedt. Ook in Gelderland zijn velen slachtoffer geworden van deze ziekte. In het gemeente archief van Voorst, bevindt zich, in het oud archief van het schoutambt Voorst, een verslag van de ambtsvergadering van 1 september 1794, waarin een verordening is opgenomen van de heren F. van Reede en W.A. Schimmelpenninck van der Oije, welke middelen aangewend moeten worden "tot stuijting van de roode loop" . Uit dit stuk blijkt, dat de rode loop ook in 1779 geheerst heeft. Er zijn toen richtlijnen  gegeven en  deze  worden nu uitgebreid.

 

Hendricus is, op bijna 39- jarige leeftijd getrouwd met zijn buurmeisje Jenneken Gerrits / Jansen. Wat mij intrigeert is het feit dat Hendricus binnen 6 weken na het overlijden van zijn vader, Jacob Arents de Wilde, gaat trouwen. Waarom niet eerder? Hij kende Jenneken Gerrits / Jansen vast al heel lang. Jenneken is in 1788 geboren in het buurhuis, Klein Everwijn en zij wonen dus vanaf haar geboorte naast elkaar. Zou het de slechte tijd geweest zijn of zou Jacob Arents de Wilde geen toestemming tot het huwelijk hebben willen geven? Het blijft gissen. Wel staat vast, dat het huwelijk van Hendricus en Jenneken van korte duur is geweest. Na anderhalf jaar wordt zoon Jacob geboren en weer anderhalf jaar later dochter Hermina. Dit meisje heeft maar 30 dagen geleefd. Twee maanden daarna overlijdt  Jenneken ook. Ze is pas 28 jaar. Hendricus heeft de zorg voor zijn ruim anderhalf jaar oude zoon Jacob en daarbij komt, dat, waarschijnlijk in dezelfde periode, zijn schoonvader Jan Gerrits eveneens overlijdt. Ik ben nog steeds op zoek naar de overlijdensakte van Jan Gerrits, maar deze is tot nu toe nog niet gevonden in Terwolde, Nijbroek, Twello en Deventer. Willem Jansen, zijn zwager, heeft in 1815 het ouderlijk huis van Hendricus, den Oord, gekocht. Hendricus doet pogingen om het ouderlijk huis van Jenneken, Klein Everwijn, te kopen. In die tijd zijn er nog geen hypotheken, dus moet Hendricus een geldschieter vinden. Welnu dat lukt. Hij kan o.a. geld lenen van  Ernestina Lucretia, baronesse van Reede, douairière van Carel Arend Jan van Boecop. Uit de notariële akte d.d. 19-12-1817 blijkt, dat Hendricus het erf en goed Klein Everwijn koopt.  Maar er doen zich  problemen voor in de persoon van zijn schoonzuster Grietje Jansen uit Terwolde.

Veel notariële akten zijn te vinden in het Gelders Archief te Arnhem. Om de akten, waarin herhaalde malen sprake is van enkele vonnissen van de rechtbank van eersten aanleg, zitting houdende te Arnhem, goed te kunnen begrijpen, moet ik eerst een studie maken van de taal en betekenis van notariële akten uit het begin van de 19e eeuw. In het geval van Hendricus is er steeds sprake van het niet verschijnen van Grietje Jansen uit Terwolde. Ondanks een bevel van de deurwaarder, Gradus Smit. Ook nadat Hendricus Klein Everwijn gekocht heeft moet hij drie jaar later nog weer een akte laten maken (akte 205 d.d. 7-8-1820, kantoor van notaris P.P. Everts te Twello), waarin de notaris verklaart, dat Hendricus  het "regt van erfvolging" van Klein Everwijn gekocht heeft van Willem Jansen.

In 1818 trouwt Hendricus voor de tweede maal met een veel jongere vrouw, nl. de 22-jarige Hendrika Veltwijk. Maar voordat er getrouwd kan worden moet eerst de nalatenschap van Jenneken Jansen, zijn eerste vrouw, geregeld worden. Daartoe wordt de inventaris van Klein Everwijn  getaxeerd. Zie Hoofdstuk IX.

Bij de huwelijksbijlagen treffen we ook een stuk aan m.b.t. het voldoen aan de "verpligting" ten aanzien van de Nationale Militie. Napoleon voert in 1811 de dienstplicht in, de zgn. conscriptie, een soort dienstplicht, waarbij jongemannen ingeloot kunnen worden voor de dienst. Na de aftocht van Napoleon en de oprichting van het Koninkrijk der Nederlanden door Koning Willem I, wordt in 1814 een wet ingevoerd, die de meeste bepalingen van de conscriptie overneemt. Deze wet staat bekend als de wet  Nationale Militie. Ik denk niet dat Henricus daadwerkelijk in  militaire dienst is geweest, omdat ik hem  in deze tijd verscheidene malen aantref in  notariële akten  van notaris P.P. Everts. Behalve bij de verkoop van den Oord en de aankoop van Klein Everwijn, vinden we de naam van Hendricus in notariële akten bij de aankoop van  hout en rijzen. Ook wordt zijn naam genoemd als borg voor bepaalde personen. Maar natuurlijk moet aan de wet t.a.v. de Nationale Militie worden voldaan bij zijn tweede huwelijk in 1818. Bij de huwelijksbijlagen is dan ook een verklaring van de Gouverneur van de Provincie Gelderland, dat hij een "missive" ontvangen heeft van de heer minister van Binnenlandse zaken en kennis geeft  aan  "de Heeren Schouten van Voorst", dat  Hendricus de Wilde voldaan heeft aan zijn  "verpligting" m.b.t.  de Nationale Militie.

 

 

 

 

Huwelijksbijlage uit 1818 betreffende de Nationale Militie

 

 

Hendricus zal zeker geleerd hebben om te lezen en te schrijven. In de  notariële akten uit  1813, 1814, 1815, 1817, 1818 en 1820 wordt nergens vermeld dat hij niet lezen of schrijven kan, zoals dat wel het geval blijkt te zijn met b.v. zijn stiefmoeder Willemina de Wilde-de Groot, zijn zoon Hendrikus en zijn dochter Maria. (Bron: de huwelijksakte van Maria) . Hij zet hij onder al die akten zijn handtekening. Wel is  aan het handschrift te zien, dat het niet zijn dagelijks werk is.

 

 

Pas vanaf 1850 gaan de kinderen vaker naar school, maar ook dan zijn er nog veel personen, die niet kunnen lezen en schrijven.

 

 

Handtekening uit de akte d.d. 25-7-1814

 

 

Uit zijn huwelijk met Hendrika Veltwijk worden 8 kinderen geboren. Voor zover ik kan nagaan zijn er geen kinderen jong overleden. Integendeel, enkele van de kinderen zijn ver in de tachtig geworden. Moeder Hendrika is op 85- jarige leeftijd overleden en haar moeder, Grietje Willems Schokkenkamp is zelfs 86 jaar geworden. Waarschijnlijk een grote uitzondering in die tijd. In de jaren 1840 tot 1851 was de levensverwachting voor mannen 36,1 jaar en voor vrouwen 38,5 jaar.

Hendrikus zelf, is op 64- jarige leeftijd overleden. Zijn vrouw Hendrika is dan  42 jaar en het jongste kind pas 4 maanden oud. Zie voor de verdere wetenswaardigheden van het gezin van Hendrika de Wilde-Veltwijk  Hoofdstuk IX.

 

 

 

Tekening van Klein Everwijn circa 1900 getekend door H. Dijk


 



 

[1] Zie het boek: Geschiedenis van Terwolde en Nijbroek van J. Vredenberg blz. 91.